Wednesday, August 21, 2013

 
 
21 augustus
Omdat de papa nog niet zoveel geblogd had: le voilà :
Hierboven nog iets uit een grot in de Ha Long baai: wie denkt hier ook aan Raiders of the Lost Ark ?
 

 


 
Het verblijf in het resort in Hue kwam er net op tijd.  De nachttrein van Hanoi naar Hue bleek minder comfortabel dan wat ons was verteld, en maakte dat onze gids een niet zo frisse familie uit België moest proberen te motiveren om de Forbidden Purple City te bezoeken in de helemaal niet frisse ochtend.  
Het zwembad in het resort was onze redding.  De kinderen hielden het er uren uit: Meron, Maia en Briek deden allerlei kunstjes, terwijl op de trappen van het zwembad een hele Barbie-soap ontspon met Mies als regisseur. 

 
 
frisse lunch:
VOOR


 


 
NA
Het vergde wat overredingskracht om ze de volgende ochtend mee te krijgen om een aantal graftombes te gaan bezoeken, maar de pracht van deze bouwsels was voor iedereen toch wel overweldigend.  



 
Gek om je in te beelden dat deze keizerlijke overdaad maar was gestopt toen Europa tussen twee wereldoorlogen in zat.  Er zijn dus ook filmpjes en foto’s te zien van hoe de keizer werd rondgedragen in vol ornaat.  Net zoals in onze middeleeuwen kwam de kost voor al dat vertoon op de schouders terecht van de bevolking.  Geen wonder dat de Vietnamezen enige tijd later kozen voor een totaal ander bestuur dat beloofde de stem van het volk te vertolken.  Ondertussen is dat communistisch regime ook in menig bedje ziek gebleken. 
 
Tijdens de rit van Hue naar het kuststadje Hoi An zagen we wat meer van het platteland, hoewel dat niet zo “plat” was.  De prachtige rit door de bergen gaf een uitkijk over de lagunes waar behalve visteelt ook aan oesterteelt werd gedaan, niet zozeer om ze op te eten, maar wel vanwege de parels. 
In het museum van Da Nang stonden talrijke zandstenen beelden van de Cham-cultuur.  Dit was een hindoeïstische beschaving vanuit India die tijdens onze middeleeuwen hoogtij vierde en talrijke sites achterliet in Midden-Vietnam.


 
Sinds gisteren zijn we dus in Hoi An, een gezellig kuststadje.  We misten wel al onmiddellijk de zen-sfeer die we hadden in het resort in Hue, maar het ziet er naar uit dat hier ook voor elk wat wils is.  De gids, die verder behoorlijk goeie info wist te geven, moest duidelijk wat verplichte nummertjes afwerken: een bezoek aan het zijde-atelier, een kleermaker (“very good quality for a fair price”), en een “local restaurant with special food of the region”.  Toch lieten we ons deze stops welgevallen: Mies vond het wel plezierig om Rupsje Nooitgenoeg aan het werk te zien.  We vergeten wel eens dat zijden kleding gemaakt is van ontelbare meters draad uit de poep van een zijdeworm. 
 






kleurenleer: rood en blauw geeft paars

 
 
Vanuit de zijderupsenkwekerij loodste een breed lachende jongedame ons naar het naaiatelier waar rijen meisjes met oneindig geduld zeemzoete postkaarttafereeltjes in zijdenaaiwerkschilderijen omzette. 
Aan elk werk spenderen ze ongeveer drie maand, en dat kost uiteindelijk tussen de 100 en 500 euro.  Reken zelf het bruto uurloon uit.  Andere afdelingen produceerden kleding, houtsnijwerk, en ook lampions.  Later die avond – na een duik in het zwembad en de zee – betoverden duizenden lampions ons in de straatjes van Hoi An.  Ook op de rivier dobberden honderden met kleurige lampionbootjes voorbij aan de gezellig krioelende menigte: het was Boeddha-feest.
Enkele uren voordien belandden we in een “won ton” restaurant: een soort all-you-can-eat waar je maar één gerecht had: de zelf te rollen spring rolls (“nem” voor de Vietnamezen). 
Men neme één of twee velletjes rijstpapier, drop er wat gemengde sla en gepekelde groenten in, wat gegrild varkensvlees met sesam of kip met limoengras, rol het dicht, en duw het dan eerst in de cashewnotensaus met chili naar eigen voorkeur en daarna in je mond.  Het bleek één van de lekkerste stops tot dusver.  Het gaf ons een nieuwe definitie van fast food, want de zeer behulpzame dames begonnen aan sneltempo spring rolls te maken en ons nog net niet te gaveren.  Dan nog een mangopuddinkje en wat knapperig verse ananas, en we waggelden naar buiten als kookklare Peking-eenden.
 

No comments:

Post a Comment